Center for People and Buildings

U bent hier: >>Over jenever in de bureaulade

Over jenever in de bureaulade

4 juni 2021

Een werkwoord ontbreekt

Onder de titel Naar kantoor - Niet naar kantoor publiceerden we op 16 april twee columns, twee perspectieven. Het kan immers alle kanten op in de post Covid periode. Maar in die titel ontbreekt nog iets. Er moet nog wat bij en – hoe toepasselijk kan het zijn –  er ontbreekt een werk-woord

We hebben er twee uitgenomen: halen en komen.

Zijn het de managers die hun medewerkers naar kantoor willen halen? We gaan er voor het gemak van uit dat ‘bevelen’ niet meer echt aan de orde is in moderne arbeidsverhoudingen. Halen, overhalen, motiveren, verleiden… allemaal werkwoorden die we in de kantoorculturen kennen.

De keuze…

Naar kantoor komen heeft iets in zich van de keuze hebben, ‘ik kom als het kan, ik kom als het echt moet…’. Daar zijn voorwaarden, condities aan verbonden. 'ALS het niet hoeft, dan ga ik niet weer de file in of een (over)volle trein....'.

In een zich ontwikkelende arbeidsmarkt, waar talent voor de aanpak van complexe en moeilijke vraagstukken schaars aan het worden is, zegt de medewerker: 'ik kom niet naar kantoor want ik kan net zo goed thuiswerken…'. Net zo goed, net zo productief: ja. Maar net zo creatief? Dat valt nog te bezien.

…. is onvermijdelijk?

‘Ik kom niet’ betekent dat je jezelf de toevallige ‘serendipitous’ ontmoeting ontzegt. Want dat hoort bij de natuurlijke eigenschappen van het kantoor: je kunt er elkaar ‘toevallig’ tegenkomen, ‘toevallig’ iets oppikken wat je dat creatieve idee geeft. Helemaal niet toevallig zoals in het creatieve concept van studio RAAAF (Rietveld Architecture Art Affordances); je hebt het plaatje vast wel eens gezien.

Gaat het zoals Japke-d twittert: “… maar ik denk wel dat de kantoorliefhebbers en de kantoorhaters straks na de coronacrisis nadrukkelijker dan ooit tegenover elkaar komen te staan[1]”  want: “Ook de kantoorliefhebbers hebben al heel lang niet meer in de file gestaan of in de vieze luchtjes gezeten!" Van een 'kantoorhater' vernam ze dat deze alleen nog naar kantoor zou komen om de fles jenever op te halen die nog in de bureaulade ligt. Maar ondanks alle nadelen van het werken op kantoor, denkt @Japked dat er toch snel weer op kantoor gewerkt wordt. De status die dat meebrengt is volgens haar onweerstaanbaar.

Is status op kantoor net zo natuurlijk en onvermijdelijk als de toevallige ontmoeting en alle andere dingen die nu eenmaal bij het kantoor horen?

Buigen of …

In ons vak noem je dat soort dingen naar goed Engels taalgebruik: affordances, ofwel ”properties of objects which show users the actions they can take”. Het kenmerk van op kantoor zijn is dat je op je vingers kunt natellen dat die toevallige ontmoeting op je pad komt. Maar kennelijk ook dat je status kunt ontlenen aan je aanwezigheid. Tegen beide kun je je met veel energie verzetten. Meebewegen is wellicht een verstandiger tactiek. Je hoeft er niet slechter van te worden.

Het staat of valt met het vraag of jij gehoor geeft aan de lokroep (of de opdracht) van de manager, of dat je je eigen wijsheid, je eigen argumenten om het anders te doen op orde hebt. 

 

[1] Luister hier naar het radiofragment (50 seconden)  van Japke-d over de niet vergeten jeneverfles in de bureaulade…

Contactpersoon

Henk-Jan Hoekjen

Henk-Jan Hoekjen

Researcher / PhD Philosophy / MA History